Ik geef training in frontend tools en stacks als HTML, JavaScript, TypeScript, React, Angular en Vue. Ik schrijf boeken en artikelen over tal van (ICT-) onderwerpen. Ik was lead developer en directeur bij Yindo - Jouw digitale bibliotheek. Je kunt mij volgen op Twitter(@PeterKassenaar).

In dit blog vind je persoonlijke artikelen, die niet noodzakelijk tech-gerelateerd zijn.

Views and expressions are my own.

Terug naar de algemene site.

13november

Kennismaken met Microsoft Band

Features on the face of the band

Toen ik viereneenhalf jaar geleden in de USA was, was net de eerste iPad geintroduceerd (“zo kort geleden nog maar?/Zo lang geleden alweer?”). Ik schreef er een blogpost over en kocht er een paar. Het was leuk om al maanden voor de officiële introductie van de iPad in Nederland met het device te kunnen kennismaken.

Datzelfde trucje dacht ik deze week te kunnen herhalen met de Microsoft Band. Want hoewel ook Apple inmiddels een slim horloge heeft aangekondigd met tal van health-gerelateerde en fitness-functies, is de Apple Watch pas in het voorjaar van 2015 verkrijgbaar en dan voorlopig ook alleen in de Verenigde Staten.

En Microsoft Band ligt al gewoon in de winkels. Het zou dus een koud kunstje moeten zijn om de Microsoft Store in Las Vegas te bezoeken en een Band te kopen? Zo makkelijk ging het helaas niet.

Er blijkt onder de Amerikanen een overweldigende vraag te zijn naar het slimme polsbandje en de voorraden in de winkels zijn zo goed als uitverkocht. Een medewerker: “We krijgen maar mondjesmaat nieuwe Bands binnen, en als we er wat hebben, worden ze als eerste uitgeleverd aan de klanten die een backorder hebben geplaatst.”

Microsoft Store - Fashion Mall Las Vegas

Dat feest ging dus niet door. Bovendien blijkt dat de Band voorlopig ook alleen voor de Amerikaanse markt bedoeld is. Ze worden niet verscheept naar andere landen – ik kon dus geen backorder voor Nederland plaatsen – en de bijbehorende app Microsoft Health zou niet verkrijgbaar zijn in buitenlandse App Stores.

UPDATE: ik heb het gecheckt, en voor mijn Windows Phone kan ik inderdaad Health niet vinden in de Nederlandse store. Maar als je een Amerikaanse Microsoft-account hebt, is de app te vinden op http://www.windowsphone.com/nl-nl/store/app/microsoft-health/0168b504-ca18-46b8-b60a-0f6fdc271c81,

Maar gelukkig had een van de medewerkers zelf een Band en mocht ik daar even mee spelen. Zij vertelde op de bekende óóóóver-enthousiaste Amerikaanse manier dat ze ogenblikkelijk verliefd was geworden op de Band zodra ze hem uitpakte en hem sinds de introductie (op 30 oktober j.l.) niet meer af had gedaan. “Kijk maar, ik heb vandaag al 4.976 stappen gelopen, hetgeen niet slecht is voor een doordeweekse woensdag, en ik heb 1290 calorieen verbrand. En hierop zie ik wie een foto op Facebook heeft geplaatst, en zo track ik mijn looproutes. En wist je dat er ook een ingebouwde GPS in zit?” En zo verder. Ook ik zou “direct met de Band willen trouwen” als ik de kans zou hebben. Ze zou meer dan blij zijn om ook voor mij een backorder te plaatsen. En dat ik Nederland woon, “ach, dat zien we dan tegen die tijd wel weer.”

De Microsoft Band wordt het best gedragen met display aan de binnenkant

Ik mocht haar Band even lenen om te voelen hoe het zit en hoe het draaggemak is. Voor wat het waard is, mijn indrukken van vijf tot zeven minuten band-testen:

Pro

  • Het gewicht valt mee. Hij is zwaar, maar voor mannen goed te dragen denk ik. Vergelijkbaar met een polshorloge. Voor smallere (vrouwen)polsen is hij vrij breed.
  • Comfortabel materiaal. Zacht en buigbaar rubber. Vergelijkbaar met sporthorloges.
  • Helder scherm, duidelijke pictogrammen. Geen overdaad aan bedieningsmogelijkheden. Je kunt er direct mee overweg.
  • Sensoren werken direct. Je kunt direct je hartslag aflezen, er zit een microfoon en GPS in, de fitness-app die er bij hoort op je telefoon is duidelijk. Je kunt de band ook gebruiken zonder je telefoon. Deze hoef je dus niet mee te nemen tijdens een rondje hardlopen.
  • Twee knoppen: een om hem aan te zetten en een om een gekozen actie te bevestigen.

Con

  • Het scherm is start en plat en vierkant en voor je gevoel iets te dik. Dikker dan Polar- en andere sporthorloges. Dat komt misschien door alle sensors die er in zitten. Het is –toch- overduidelijk een 1.0-product. Er zal nog verder gesleuteld moeten worden aan het (curve-?)scherm en gewicht om hem helemaal super aan te laten voelen. Hoe zit de Band bijvoorbeeld bij dagelijks werk, als je veel moet typen?
  • Geen bewegingsactivatie. Je kunt hem bijvoorbeeld niet aanzetten met een stemcommando, of door je pols voor je gezicht te bewegen. Je moet altijd eerst op de knop drukken om de Band te activeren.
  • Beperkte set apps vooralsnog. Je kunt er geen eigen apps op installeren; of de Band in de toekomst via een software-update bijgewerkt kan worden met nieuwe features wisten de medewerkers niet.

Conclusie

Ik had er –ondanks de tekortkomingen- graag een aangeschaft, al is het alleen maar om het apparaat te leren kennen. Het is één van de devices die nu in de ‘internet of things’-golf op ons afkomt. Daar gaan we nog veel mee te maken krijgen. De prijs ($199,- of ongeveer EUR 150,-) is te overzien en vergelijkbaar met eenzelfde kwaliteit sporthorloges.

Ik verwacht dat de huidige scherpe randjes (letterlijk) in een volgende versie beter zullen zijn afgewerkt. Het draaggemak en comfort viel me niet tegen, ondanks dat hier in andere blogs op internet vaak schamper over wordt gedaan. En nu maar hopen dat hij ook beschikbaar komt in de rest van de wereld.

Update : 20 november 2014 – vannacht kreeg ik een mailtje van de Microsoft Store dat ze een ‘beperkt aantal exemplaren’ van de Band hadden ontvangen. Als ik nog belangstelling had, kon ik dat aangeven en hem ophalen in de Fashion Show mall. Helaas ben ik nu weer in NL… Maar toch aardig dat ze er aan denken.

mail_ms

 

Peter Kassenaar
-- 13 november 2014

11november

Downtown Las Vegas

De afgelopen keren dat ik in Las Vegas was, heb ik filmpjes gemaakt en stukken geschreven over de luxe hotels op The Strip. Ze zijn eventueel nog steeds beschikbaar op http://www.kassenaar.nl/vegas/.

Gisteren maakt ik een tripje naar het ‘Andere Las Vegas’. Niet de wereld van de overdaad, de glitter en de glamour, maar naar de straatjes daarachter. De wijken waar geen toeristen lopen, maar waar gewone mensen wonen die in Las Vegas hun bestaan proberen vorm te geven. De mannen en vrouwen die in de grote hotels werken als croupier, blackjack-host, schoonmaker, of gewoon een baan hebben als ambtenaar, leraar, vuilnisophaler en meer. Mensen met kinderen, die gewoon naar school gaan. Mensen met problemen als ieder ander. Voor wie het niet elke dag feest is. Waar de glasscherven op straat liggen en de tuinen bestaan uit verdroogde struiken en versleten autobanden.

Op de Strip kun je helicopter-tours boeken. Je vliegt dan vanaf McCarran airport over de grote hotels op de Strip en tevens naar het oude Las Vegas bekend uit de films uit de jaren vijftig. Het deel dat nu Fremont Street en omgeving is. Je cirkelt dan een kwartiertje of twintig minuten boven alle bekende hotels en casino’s en kunt alles vanuit de lucht bekijken. Twee bruisende centra van toerisme, met daartussenin geklemd de gewone man. En asfalt. Heel veel asfalt.

Over dat stuk van Las Vegas – waar de helicopters alleen maar snel overheen vliegen om van het ene naar het andere deel te gaan, maar niet blijven hangen om het eens goed te bekijken – gaat dit verslagje in foto’s.

Downtown entry

Het ‘echte’ Las Vegas sign staat in het zuiden, als je de stad vanuit de snelweg vanuit Los Angeles binnenkomt. Om Downtown Las Vegas een eigen tintje te geven –en wellicht de grandeur wat te verhogen - hebben ze op de invalsweg een kopie geplaatst.

downtown_lv_01

Verval

Ik liep daarna over Paradise Road – what’s in a name – naar het noorden. In Las Vegas is kennelijk – net als in de rest van de Verenigde Staten – veel werk voor letselschade-advocaten en echtscheidingsbemiddelaars. Om de paar meter staan reuze hoge borden met de aansporing hen te bellen en zo het financiële paradijs binnen te halen.

WP_20141110_021

Adviesbureau’s op law-and-order gebied. Vaak vervallen, of met dichtgetimmerde ramen. Hoe wanhopig moet je zijn om je tot een dergelijk bureau te wenden? Zo weggelopen uit een John Grisham-boek, lijkt het.

WP_20141110_018

Talloze huizen zijn verlaten en staan te koop of zijn te huur. Je hoeft niet veel blocks te lopen om deze foto’s te kunnen schieten.

WP_20141110_022

WP_20141110_028

Zou Larry Burns het gered hebben bij de Sheriff-verkiezingen? De staat waarin deze borden zijn achtergelaten doet het niet vermoeden.

WP_20141110_024

Op een willekeurige parkeerplaats is deze gebutste en geblesseerde Ford Pick Up-truck achtergelaten. De nummerplaat is verwijderd, de auto onder een dikke laag woestijnstof en zichtbaar maanden niet gebruikt.

WP_20141110_026

Wedding chapel

En: het is Las Vegas. Dus er kan getrouwd worden. Op alle mogelijke plekken, in ieders achtertuin. Deze ‘wedding chapel’ bestaat uit een stukje kunstgras, een paar verdroogde struiken en een verroeste schommel onder een bouwmarkt-prieeltje. In het grastapijt zijn gaten gevallen en aan de randen krult het op. Er is niemand te zien, de ramen zijn gesloten.WP_20141110_025

Achter de hekken liggen gebroken flessen. Verderop staat een verhuurwinkeltje waar bruidsparen in spé een trouwjapon (1, één) kunnen huren of een tuxedo. Of desgewenst een Elvis-pak. Herstel: het Elvis-pak. Het pak dat in de etalage hangt.

Is dat je nog te veel moeite, dan kun je altijd nog een drive-through wedding organiseren. Dan hoef je de auto niet uit. En dat kan 24 uur per dag.

WP_20141110_032

Verval

Ik weet het niet hoor. Welke ondernemer zou bij het zien van dit soort braakliggende vierkantjes grond nu werkelijk denken, “Yes! DIT is de plek. Hier ga ik mijn droombedrijf starten”? Ook dit witblauwe bord heeft de tand des tijds niet doorstaan. De letters laten los, het blauw verbleekt onder de onbarmhartige Vegas-zon. Want hoewel het half november is, was het toch nog een kleine 30 graden in de schaduw. Onder de oogverblindend blauwe lucht.

WP_20141110_034

Hier wonen mensen. Ik bedoel, letterlijk. Op de volgende foto. Kartonnen dozen met schamele bezittingen, waartussen een vrouw een potje kookt op een butagasstelletje. Op het muurtje ligt een man te slapen. Ik geneer me om er als toerist een foto van te maken. Het lijkt ze niet te kunnen schelen.

WP_20141110_038

En ook hierom is downtown Las Vegas bekend. De stripclubs. Dagelijks naakt. Aankondigingen van wapenshows. Topless cabaret. 24 uur per dag. Datgene waar ze in het ‘fatsoenlijke’ deel van de Strip liever niet al te veel aan herinnerd worden.

WP_20141110_039

WP_20141110_031

 

WP_20141110_037

Positivisme

Maar ook: het zijn Amerikanen. Ze zijn dus altijd optimistisch over de toekomst. En misschien is het volgende hotel dat we uit de grond stampen of oprichten wel succesvol. Het kan immers altijd, nietwaar? Het SLS-hotel waar ik langs liep, heette voorheen het Sahara-hotel en is ondertussen gerenoveerd in 1963-1966, 1969-1999, 2003 en onlangs weer van 2011-2013. Een paar weken geleden heeft het opnieuw zijn deuren geopend.

En ‘renovatie’ betekent hier niet een likje verf of een nieuw behangetje, maar eerder dat het complete hotel wordt gesloopt en dat op dezelfde plek een nieuwer, luxer en nog groter hotel verrijst. Het is werkelijk niet voor te stellen als je het niet met eigen ogen hebt gezien.

Er wordt gebouwd in Las Vegas. Altijd en overal.

Voorwaarts naar een ongetwijfeld betere toekomst. Met of zonder echtscheidingsadvocaten. Met of zonder sheriff Larry Burns.

WP_20141110_041

 

WP_20141110_043

WP_20141110_042

Tot ziens, downtown Las Vegas.

WP_20141110_035

Peter Kassenaar
-- 11 november 2014

14oktober

German heavy metal top-10

De jaren 1980 waarin ik opgroeide, waren de jaren van venijnige muzikale tegenstellingen tussen diverse groepen. Je had onder meer de disco’s, de new wavers en de metalheads. Ik behoorde tot die laatste groep. Hoewel mijn muzikale smaak sindsdien aanmerkelijk verbreed is, heeft jaren 80-metal altijd een warm plekje in mijn hart weten te houden.

Ik moest daar aan denken toen onlangs mijn muziekspeler in de shufflefunctie door stom toeval drie heavy metalsongs achter elkaar afspeelde. En door nóg stommer toeval, realiseerde ik me dat het ook nog eens allemaal Duitse metalnummers waren uit mijn muziekverzameling. Dat zette mij aan het denken: zou het mogelijk zijn een top-10 samen te stellen bestaande uit louter Duitse heavy nummers? Ik ben wat gaan zoeken en verzamelen en uiteindelijk is het me gelukt.

Om het een beetje spannend te houden moest mijn top-10 aan verschillende eisen voldoen (anders zou je net zo makkelijk de nummers 1 t/m 10 van een willekeurige Duitse rockgroep op kunnen lepelen).

  1. Elke artiest mag maar met één nummer vertegenwoordigd zijn. Voor de bekende bands (Scorpions, Accept), betekend dat dit min of meer een signature song moet zijn die de band of artiest het beste vertegenwoordigd.
  2. De band of artiest moet grotendeels Duits zijn. In veel bands spelen of speelden vaak ook Engelsen of Amerikanen mee, maar de achtergrond moest liggen in Hamburg, Bremen, München of een willekeurige andere stand binnen de Bundesrepublik Deutschland.
  3. Ik moet het werk van de artiest of band zelf (fysiek) in mijn bezit hebben. Hetzij op LP, hetzij op cd of (gekopieerde) cassette/tape. Van BASF, dat spreekt ;-)

Die laatste eis (zelf in bezit hebben) bleek nog het lastigst. Zodanig lastig dat ik voor de nummer 10 van mijn lijst een uitzondering heb gemaakt. Maar de overige 9 kan ik nog steeds allemaal zelf in mijn cassettedeck, op mijn platenspeler of in de cd-speler leggen.

Daarom zonder verdere omhaal, mijn persoonlijke top-10 van Duitse rock, metal- en heavy bands. Waar mogelijk aangevuld met wat anekdotische achtergronden en audio- en videomateriaal.

10. Bad Steve – Bad Steve is coming

De nummer 10 in mijn lijst (Bad Steve) is dusdanig onbekend dat ik er geen audio-opnamen van bezit; ze hebben ook maar één album uitgebracht  (Killing The Night), aldus Wikipedia“Bad Steve was a German heavy metal band composed of former Accept members (…) as well as members of more obscure bands Kanaan and Sin City.”

Ik kan er zelfs geen videootje van vinden op YouTube of elders. Ze bestonden ook maar van 1983-1986. In de Metal Archives worden ze desalniettemin genoemd: http://www.metal-archives.com/bands/Bad_Steve/2742.

De reden dat ze toch in mijn top-10 staan, is omdat het een van de bands is waar ik als eerste live naar ben wezen kijken. Ze traden, ergens vroeg in de zomer van –ik vermoed- 1984 op in de muziekkoepel van het Prins Bernhardplantsoen in Hengelo. En ofwel de muziek was dusdanig slecht dat een bandfoto in krant niet gepast zou zijn, ofwel het publiek was dusdanig enthousiast dat het veel leuker was dát af te drukken. Hoe dan ook, het resultaat was dat in Hengelo’s Dagblad van de volgende dag (de krant die inmiddels is opgegaan in Dagblad Tubantia) bij een artikeltje een grote foto stond van publiek dat naar Bad Steve stond te kijken, met een veertien- of vijftienjarige Petertje Kassenaar prominent op de eerste rij. Het was mijn eerste verschijning in een krant en heeft me op het schoolfeest ter afsluiting van het jaar zelfs nog twee consumptiebonnen opgeleverd (“Was jij niet diegene die vorige week in de krant stond?”).

Waarvan akte. Van de muziek weet ik weinig meer. Mocht iemand een opname van Bad Steve hebben, ik houd me aanbevolen. Maar ze hebben me in ieder geval twee drankjes opgeleverd.

9. Grave Digger – Hell Funeral

Grave Digger bestaat al sinds 1980, maar Hell Funeral is een nummer uit 2014. Ik ken ze voornamelijk van de LP War Games (die ik heb), maar de eerlijkheid gebied te zeggen dat het nieuwe materiaal muzikaal gezien een stuk beter is. Daarom dit nummer, met fijne klassieke invloeden aan het begin en een songtekst – die zelfs redelijk verstaanbaar is, vaak een unicum in het trash- en speedgenre – die verwijst naar eerdere nummers en albums die ze hebben gemaakt.

8. Angel Dust – Into the dark past (Album)

Angel Dust, een speedmetalband (1984-1990) uit Dortmund. Ik heb hun debuutalbum Into the dark Past (1986) op cassette. Waarschijnlijk getaped nadat ik hem had geleend uit de bibliotheek in Borne. Ik was speciaal lid geworden van de Bieb in Borne omdat die, in tegenstelling tot de bibliotheek in Hengelo, wél een platenafdeling hadden. Voor één gulden vijfig kon je de nieuwste albums twee weken lenen. Dat betekende dus dat ik minimaal eens per twee weken op de fiets richting Borne toog. Maar meestal vaker.

7. Doro – Breaking the law

Vrouwen en hardrock. Het blijft een lastige combinatie. Hoewel in mijn beleving net zoveel meisjes als jongens van rock hielden (misschien iets meer jongens, maar de meiden waren zeker niet ondervertegenwoordigd en al helemaal geen doetjes), is het cliché dat vrouwen toch vooral voor het oog aanwezig zijn en muzikaal maar weinig in te brengen hebben. En ja, de ordinaire (en betreurde, want door zelfmoord om het leven gekomen) Wendy O. Williams bevestigde dat cliché misschien net iets te veel.

Maar ik was in die jaren ook zeker fan van Warlock, waarvan op mijn studentenkamer in Eelde en later in Groningen zelfs nog een poster hing. Warlock werd rond 1989 opgeheven, maar zangeres Doro Pesch ging in haar eentje verder. En heeft dertig jaar later nog steeds een strot om U tegen te zeggen. Ook in deze Judas Priest-cover Breaking the law, waarmee ze sinds circa 2008 veel succes heeft. Ze draagt de eretitel metal queen met waardigheid.

6. Rammstein – Du Hast

Ik kan niet zeggen dat ik een groot fan ben van Rammstein. Maar het is om een of andere reden onontkoombare muziek. Er spreekt een zekere urgentie uit, zeker uit hun vroege werk. En ze komen uit Duitsland. Dat maakt het ook ongemakkelijk en controversieel. Zeker de semi nazi-achtige wijze waarop ze zichzelf presenteren en waarvan het blijvend onduidelijk is of dit gespeeld dan wel echt is. Dat schuurt. En goede kunst stelt ook vragen. Heeft scherpe randen. En daarom heb ik Rammstein het voordeel van de twijfel gegeven en ze toch een plekje gegeven in deze top-10. En een song uitgekozen die naar mijn idee het best het ritme representeert waarmee je de bruinhemden door de straten ziet marcheren. Ze liggen niet vaak in mijn cd-speler. Maar ze horen hier wel thuis.

5. Helloween – Future World

Over naar vrolijker muziek. Ik heb van de Hamburgse band Helloween de LP’s Keeper of the Seven Keys Part I en  - Part II grijs gedraaid. Het nummer Future World is – samen met de titelsong – een van mijn favorieten. Ook weer veel klassieke invloeden (horen we daar Grieg tijdens het intro en de solo?) en visionaire vergezichten op de toekomst. Na het vertrek van gitarist Kai Hansen en zanger Michael Kiske was de band geen schim meer van zichzelf, maar deze twee monumenten (1986-1989) hebben ze toch maar mooi afgeleverd. Geweldige gitaarduels in het midden van het nummer.

4. U.D.O – Animal House

Nadat zanger Udo Dierkschneider Accept (zie verderop) had verlaten, vormde hij zijn eigen band. Geheel onbaatzuchtig en totaal niet narcistisch U.D.O. genaamd. Maar gelukkig was de muziek, zeker in de beginjaren, beslist te pruimen. Een prima vervolg op Accept, zij het niet zo baanbrekend meer. Animal House was het eerste album. Ik luister er op tape nog wel eens naar. Hier een opname van dit nummer vanaf het Wacken Open Air festival (ook in Duitsland!) uit 2012. Met inmiddels zijn zoon Sven op drums.

3. Scorpions – Coming Home

Als je Scorpions niet kent, heb je de afgelopen dertig, veertig jaar onder een steen geleefd. Bij het grote publiek zijn ze vooral bekend van power ballads als Still Loving You (1984) en Winds of Change (1990), over de grote veranderingen in de Sovjet Unie rond 1990 en over de hereniging van Oost- en West-Duitsland in 1989. Maar daarvoor waren ze al bijna 20 jaar actief en ook de 20 jaar daarna hebben ze nog vele cd’s uitgebracht. Vaak controversieel (de albumhoezen van Virgin Killer en Lovedrive), maar nog vaker baanbrekend en gewoon technisch superieur aan alles wat er verder in metalland verscheen. IJzeren gitaarwerk van Rudolf Schenker en Matthias Jabs, perfect zuivere zang van Klaus Meine (alleen dat Duitse accent!), rock solid composities.

Van alle bands die in deze top-10 staan heb ik Scorpions het vaakst live gezien. Ik schat zo’n vier, vijf keer in Nederland en Duitsland. Altijd goed, altijd vol vuur. Later ( >2000) ook voorspelbaar en (sorry) saai, maar dat is het dilemma van de band met veertig-plus dienstjaren achter de rug. Je vraagt de Rolling Stones ook niet om nummers van hun laatste album te spelen. De klassiekers. Die willen we horen! En voor Scorpions zijn dat er te veel om op te noemen. Rock you like a hurricane, Big City nights, The Zoo, en het nummer dat ik hier heb gekozen als signature song, Coming Home.

Het was het openingsnummer op de World Wide Live-toernee uit 1985, het jaar waarin ik ze voor het eerst live heb gezien. Geweldige ervaring, onblusbare energie spat uit de song.

2. Accept – Fast as a shark

Ik kan me herinneren dat ik de LP Restless and Wild ongezien kocht bij Johan van platenzaak Popeye in Hengelo. Dit op basis van de twee brandende Flying V-gitaren op de cover (‘zonde!’, vond ik toen al).  Meer metal kon je toch niet zijn.

Toen ik thuis de LP op de speler legde, dacht ik de eerste seconden serieus dat er een verkeerde plaat in de hoes was gestopt. Wat was dit? Een Heidi-song? Gejodel in de eerste seconden? Bagger! Rommel! Terug met die rotzooi. Maar nog geen tien seconden later stond ik perplex. Nog nooit, nooit had ik zulk intens en snel gitaarwerk gehoord en ik voel nog steeds het euforische gevoel tijdens de rest van het eerste nummer. De dubbele bassdrum bonkt nog steeds in mijn maag  (herinner je, het was 1983. Wat wisten we nu helemaal. Metallica was nog niet doorgebroken. Engelse bands speelden zware, logge rock met de nadruk op melodieen en vocalen).  Maar deze Duitse gasten braken door de geluidsbarriere met hun nieuwe genre dat al snel speed metal genoemd werd.

Er zullen – zoals bij alle grote ontdekkingen – ongetwijfeld tegelijkertijd en parallel andere bands en plekken zijn geweest die dezelfde ontwikkeling doormaakten, maar voor mij is Fast as a Shark van Accept de geboorte van speed metal. Ik droom de solo’s vanaf 2:25 minuten. En als ik nu, –tig jaar later, nog eens energie nodig heb of in een dipje zit, draai ik dit nummer.

1. Michael Schenker Group – Into the arena

Of het nu heavy-, speed-, power- of wat-voor-metal dan ook is, het draait om de gitaar. Het genre leeft bij de gratie van gitaarhelden. Goden op zes snaren die zijn afgedaald uit de hemel (of hel als je een death-metal aanhanger bent) om ons te laten meegenieten van hun kunsten. En een van de allergrootste op dit gebied is wat mij betreft Michael Schenker. Hij was mijn eerste kennismaking met de heavy, maar toch melodieuze muziek. .Ik was toen 13. Dat het een Duitser is, is in dat geval mooi meegenomen voor deze lijst, maar anders had hij ook op nummer 1 (of toch in ieder geval heel erg hoog) gestaan.

Michael Schenker, geboren als jongere broer van Rudolf die we al bij Scorpions tegenkwamen speelde stiekem op de gitaar van zijn broer als die weg was en de rest is – zoals dat zo mooi heet – geschiedenis. Gitaargod die de weelde niet kon dragen. The Mad Axeman.  Vaak geplaagd door drank-  en drugsproblemen is hij er tot nu toe steeds weer bovenop gekrabbeld.Tot op de dag van vandaag musiceert hij en loopt hij platenzaken af om zijn cd’s te signeren.

Michael Schenker had als tiener al supergoede jaren bij UFO - maar dat is een Britse band - in de jaren 1970 (Strangers in the night is een van de beste live albums ooit opgenomen) en brak daarna door met de groep die tegen wil en dank naar hemzelf was genoemd. Schenker is de anti-frontman. Het is zo’n muzikant die het liefst met zijn rug naar het publiek staat als hij speelt. En als het daarbij even kan ook nog achter een versterker. Natuurlijk heeft hij in de loop der jaren aan podiumpresentatie gewonnen, maar het is vooral een muzikant die liever de gitaar laat spreken dan dat hij zelf met zijn kop in de schijnwerpers gaat staan. Michael Schenker is daarmee het tegenovergestelde van het vaak aanstellerige podiumgedrag van veel van zijn collega’s. Ik zag Schenker een aantal keren live met zijn eigen band en een keer als invaller bij de Scorpions, met een prachtige instrumentale set in het midden van het programma.

Het kan dan ook niet anders of ik moest een instrumentaal nummer kiezen als signature song voor de Michael Schenker Group. Into the arena is dan de voor de hand liggende keuze. Maar kijk en luister zelf ook vooral naar alle andere MSG- en UFO-opnamen.

Peter Kassenaar
-- 14 oktober 2014

13september

On the road…

Het najaar is altijd een drukke tijd in opleidingenland. Na de zomervakantie moeten (nieuwe) werknemers worden bijgespijkerd, of – minder hoogrdavend – de opleidingsbudgetten voor het lopende jaar moeten worden besteed.

Wat ik dit jaar overigens ook merk, is dat er duidelijk sprake is van een inhaalslag. De afgelopen jaren was er als gevolg van de economische crisis weinig budget beschikbaar voor opleidingen. Maar de ontwikkelingen hebben natuurlijk niet stilgestaan. Ik heb de indruk dat binnen veel bedrijven en organisaties dat besef nu doordringt, en werknemers nieuwe technieken moeten/mogen leren, om niet te veel achterop te raken.

Sinds het einde van de zomervakantie ben ik daarom veel onderweg. Allerlei trainingen brengen me deze weken onder meer in:

  • Gorinchem
  • Haarlem
  • Landgraaf
  • Amsterdam
  • Groningen
  • Nieuwegein
  • Utrecht
  • Mechelen (B)
  • …en Dieren natuurlijk.

Ik verzorg hier trainingen voor bedrijven als Praclox, Alliander, ING, ATOS, ROC West-Brabant en Euricom. Zo is mijn agenda tot de herfstvakantie in oktober al weer ruim gevuld. Never a dull moment.

Peter Kassenaar
-- 13 september 2014

 

04september

Sabbatical - hoe doe je dat financieel?

Noot: dit is een persoonlijke blogpost. Geen technisch artikel. Lees bijvoorbeeld PhoneGap voor Android installeren als je een technische post wil lezen.

In mijn vorige blogpost schreef ik over mijn aanstaande sabbatical, die als het goed is rond april 2016 zal starten.

“Maar hoe ga je dat financieel dan regelen?” was een vraag die mij de vorige keer (in 2005) veel gesteld werd. En “Ja, ik zou het ook wel willen, maar hoe moet het dan met mijn werk|carrière|pensioen|auto|ander-excuus-begrip?”.

En ik weet dat ik mij hier op glad ijs begeef, omdat ik mijn eerste halfjaar vrijaf in 2005 makkelijk uit eigen zak kon bekostigen. Maar 2014 is 2005 niet. De financiële crisis van de afgelopen jaren heeft ook mijn bedrijfje niet ongemoeid gelaten. De schatkist van de Kassenaartjes is maar juist genoeg gevuld om de welbekende tegenslag van de kapotte wasmachine te kunnen opvangen. Toch laat het zich volgens mij vrij eenvoudig in een woord samenvatten:

discipline.

En een beetje vooruit denken. Als je echt vrij wilt nemen – of, zoals ik, het moet doen om je energie en enthousiasme te behouden – moet je dit plannen. En vervolgens de consequenties aanvaarden.

Rekensom

Je kunt een eenvoudige rekensom maken.

  • Stel dat je 2500 euro per maand nodig hebt voor je vaste lasten en normale gezinsuitgaven: eten, abonnementen, verzekeringen, hypotheek, benzine enzovoort (ik noem maar een bedrag).
  • Dan heb je voor een half jaar vrijaf dus 6 x 2500=15.000 euro nodig.
  • Als je eens in de tien jaar een half jaar vrij wilt nemen – opnieuw zoals ik – dan moet je dus in tien jaar 15 mille bij elkaar sparen.
  • Dat is vijftienhonderd euro per jaar, oftewel 125 euro per maand. Dat moet je dan opzij zetten en vervolgens niet aankomen.

Simpel toch? Ja, het is twee keer lastig (1. Bedrag opzij zetten, 2. Niet aankomen), maar ook twee keer samen te vatten onder de noemer discipline.

Aanvaard de consequenties van je keuze. Nu is 125 euro per maand niet niks, maar voor veel werknemers toch ook geen onoverkomelijk bedrag. Als je meer nodig hebt per maand wordt het bedrag dat je weg moet zetten natuurlijk groter, maar waarschijnlijk zijn in dat geval je inkomsten ook hoger. En zou het dus weer wat makkelijker moeten zijn.

Misschien moet je een symbolisch gebaar maken. Stop met roken en doe het geld in de pot. Ga niet meer eens per week uit eten, of schaf de zaterdagse snackbarbezoekjes af. Het levert direct enkele tientjes per maand op. En je hebt een doel. Het houdt je scherp.

dus…planning?

Ik moet hier overigens aan toevoegen dat ik na mijn sabbatical in 2005-2006 niet direct de nu volgende periode voor 2016 had gepland. Dat idee (over de tienjaarlijkse cycli en levensloopindeling) kwam pas in mei van dit jaar tot rijping. Dat betekent dus dat ik, ehhh, een beetje achter loop met mijn reserveringen.

Maar ik heb het voordeel dat een deel van mijn werk bestaat uit het schrijven van boeken. En met het schrijven van boeken verdien je pas geld op het moment dat ze verkocht worden. Je krijgt altijd achteraf royalties uitgekeerd over de verkochte exemplaren. Ook als je niet schrijft, worden er toch nog boeken verkocht.

Niet zo veel meer als tien jaar geleden (lang niet zo veel meer) en van ICT-boeken schrijven alleen kan je geen fatsoenlijk inkomen meer verwerven, maar het zorgt er wel voor dat een deel van de uitgaven in mijn vrije halfjaar gedekt is. En ik dus iets minder hoef te sparen vooraf.

Bovendien ben ik ZZP’er en kan ik er daarmee voor kan kiezen tijdelijk een tandje bij te schakelen. Dus dat doe ik tot en met april 2016. Ik zal me niet hoeven vervelen (heb je al gezien dat ik uitstekende trainingen verzorg? Grijp je kans nu het nog kan! :-).

Praktisch gezien zal ik ook nog moeten overleggen met mijn accountant om af te spreken wat fiscaal gezien de meest gunstige manier is om het te bekostigen: sparen in de B.V. en een half jaar lang gewoon loon doorbetalen alsof er niks aan de hand is, of privé-sparen en een half jaar lang geen loon (en dus ook geen loonbelasting) te hoeven afdragen. Dat weet ik allemaal nog niet. Maar dat zijn details. Daar komen we wel uit.

Conclusie

Als je werknemer bent en je wilt sabbatical verlof om bij te tanken, vallen er ongetwijfeld afspraken te maken met je werkgever. Als dat niet het geval is, kun je je afvragen of je wel bij de juiste werkgever zit. Verder zal het vooral van jezelf afhangen. Wees kritisch voor jezelf en vraag je af of je de discipline kunt opbrengen te sparen. Wil je het zelf? Graag genoeg? Doe het dan. Je bent zelf je grootste beperking. Maar ook je grootste mogelijkheid. Van de overheid hoef je niks te verwachten, zoveel heb ik wel geleerd. De destijds enthousiast aangekondigde levensloopregelingen met belastingvrij sparen en andere voorzieningen zijn al weer gesneuveld of anderszins wordt je gehinderd door Haagse bezuinigingsdrift. Je moet het zelf doen. Je bent verantwoordelijk voor je eigen leven en indeling daarvan.

Ik ga het proberen.

 

Peter Kassenaar
-- 4 september 2014.

04september

Sabbatical 2016

Noot: dit is een persoonlijke blogpost. Geen technisch artikel. Lees bijvoorbeeld Wat is AngularJS? als je een technische post wil lezen.

[TL;DR-versie: ik wil een tweede sabbatical plannen. Vanaf april tot en met oktober 2016 stop ik met werken en ga ik een half jaar iets anders doen. Of het gaat lukken weet ik nog niet, maar ik streef er wel naar.]

Vakantie?

Je kent vast het ultieme gevoel dat je ervaart in de vakantie. Even niks meer doen, voeten languit op de bank, weg met de agenda, de dagen nemen zoals ze komen. Het omgekeerde is ook waar: juist omdat je weet dat je over een xx-aantal dagen of -weken vakantie hebt, houd je het nog even vol op je werk.

The past…

Toen ik in 1994 de universiteit verliet, was dat omdat ik het jaar 1995 in dienst moest. Van 1 januari tot 31 december 1995 vervulde ik vervangende dienstplicht bij de blindenbibliotheek in Amsterdam. Omdat er in mijn vakgebied (Lichamelijke Opvoeding en Bewegingswetenschappen) ook daarna nog geen werk te vinden was, startte ik in 1996 mijn eigen ICT-bedrijf (ik was sinds 1989 met computers en programmeren bezig, dus ik rolde er niet bepaald blanco in).

Ik surfte mee op de eerste opkomende internetgolf in Nederland. Ik ging lesgeven in het maken van websites en schreef het eerste oorspronkelijk Nederlandstalige werk (dat wil zeggen: een niet vertaalde uitgave) over HTML: de Basiscursus HTML 3.2. Van het een kwam het ander. Ik schreef over Windows, Microsoft Office, Dreamweaver, Flash, de internetprogrammeertalen JavaScript, ASP.NET en talloze andere onderwerpen. In het begin van deze eeuw was ik enige jaren de best verkopende Nederlandstalige ICT-auteur.

Maar het werken eiste zijn tol. Mijn toenmalige uitgeverij (Academic Service) werd overgenomen door SDU, vele uitgevers volgden elkaar snel op en telkens opnieuw moest ik weer tijd en energie stoppen in kennismakingsgesprekken, nieuwe titels plannen, bestaande uitgaven doornemen, updaten en meer.

Daarnaast werd in 2004 onze zoon Javan geboren. Opeens kon ik niet meer mijn eigen tijd indelen, maar leefde ik het ritme dat de baby ons oplegde. Dat alles leidde er toe dat ik in eind 2005 dusdanig moe was dat ik vond dat ik er noodgedwongen een tijdje tussenuit moest, om niet overspannen te raken of een burn-out te krijgen. De eerste tien jaar van mijn eigen bedrijf zaten er op.

Ik nam afscheid van Academic Service. Financieel was het destijds eenvoudig. Ik ben geen uitgaanstype en geef niks om dure etentjes, vakanties of auto’s. Het spaarvarken was dus aardig gevuld. Ik stopte tussen oktober 2005 en mei 2006 met werken en nam een sabbatical. In die eerste tien jaar had ik tientallen boeken geschreven, talloze mensen opgeleid en een aanzienlijk zakelijk netwerk opgebouwd. Werkweken van 40 uur waren een zeldzaamheid. Meestal was het 50 of 60. Zoals elke ZZP’er zal herkennen is het geen optie om ‘nee’ verkopen.

Maar de batterij moest opnieuw worden opgeladen. Niet een heel jaar, dat leek me toen ook al wat aan de lange kant, maar ik moest wel mentaal rebooten. Ik koos niet voor een wereldreis (met zo’n baby zeker!) of een fietstocht naar Santiago di Compostella. Ik hield het wat simpeler en leerde gitaarspelen. Nou ja, een beetje dan. In een tempo van 1 akkoord per maand kende ik aan het einde van mijn sabbatical ongeveer zes akkoorden. Ik kan ze nu nog blindelings spelen. In elke gewenste volgorde ;-).

Een andere reden, die onbewust ook meespeelde was dat Javan inmiddels ruim tweeënhalf jaar oud was. Zelf ben ik op vroege leeftijd mijn vader verloren – ik was ruim tweeënhalf jaar oud. En ik heb amper herinneringen aan hem. Mijn vroegste herinneringen betreffen zijn begrafenis, waarbij ik niet mee mocht.

Als mij op dat moment iets zou overkomen, zo redeneerde ik, zou Javan geen herinneringen aan mij hebben. Dat wilde ik voorkomen door juist op die leeftijd veel tijd met hem door te brengen. Mijn half jaartje vrij heeft in 2005-2006 niet helemaal de rust gebracht die ik ervan verwacht had – het verplicht opgelegde babyritme, weet je nog? – maar ik heb wel veel tijd met mijn zoon doorgebracht. Eind 2006 werd bovendien onze dochter Feline geboren. Het was dus wel degelijk goed besteedde tijd.

The present…

Fast forward de volgende tien jaar. Ik ben inmiddels 45 jaar. Het werk dat ik gekozen heb, vind ik reuze leuk. Natuurlijk, op detailniveau veranderen er dingen (ik schrijf amper nog over Office, om maar eens wat te noemen en heb mij gespecialiseerd in Frontend Web Development), maar in grote lijnen weet ik wat ik ben.

Ik ben een geboren docent. Ik vind het leuk om dingen uit te leggen en kennis over te dragen. De vorm waarin dat gebeurt - via trainingen, boeken, artikelen, blogposts en videofilmpjes – varieert. Maar kennisvergaring en -overdracht is mijn core compentence (om maar eens modern managersjargon te gebruiken). Dat heb ik geleerd in twintig jaar eigen bedrijf.

Maar ook nu weer merk ik dat de manier van werken die mij eigen is – enthousiast voorop lopen in kennis, veel tijd besteden aan (zelf)studie en kennisvergaring en ondertussen opdrachten binnenhalen en uitvoeren, zijn tol eist. En ik overzie de rest van mijn leven; iets wat ook iedere veertigplusser zal herkennen, vermoed ik. Ga ik nog ruim twintig jaar op dezelfde voet door? Hoe zit het over vijf, negen of zestien jaar?

Nu kan niemand de toekomst helemaal plannen, maar je hoeft ook niet als een konijn in de koplampen van de aanstormende agenda te kijken. Je hebt zelf regie.

The future

Daarom heb ik besloten opnieuw een half jaar uit de hectiek te stappen en nieuwe energie te verzamelen. Niet per direct, maar wel alvast inplannen. Van 1 april 2016 tot en met 1 oktober 2016 stop ik met werken. Nog anderhalf jaar te gaan. Anderhalf jaar om me voor te bereiden, afspraken te maken met huidige partners en (zaken)relaties.

Dan heb ik weer een tijdvak van ruim tien jaar achter de rug. En: ik overzie mijn leven, het grotere geheel der dingen. En ik kies voor een patroon, een levenslooppatroon. Dat klinkt heavy, maar ik denk wel dat het een manier is om mijn leven in te delen.

  • De eerste keer nam ik na tien jaar een pauze (ik was toen 35). Toen min of meer gedwongen, om erger te voorkomen.
  • Nu kies ik er voor om na opnieuw tien jaar een pauze in te lassen. Ik ben straks 47.
  • En bij deze kan ik je melden dat ik waarschijnlijk over weer tien jaar (57) ook een half jaar rust zal plannen.
  • Tot slot zal ik de laatste tien jaar tot 67 vol maken. Tenminste, als de regels tegen die tijd niet opnieuw aangepast zijn.

Natuurlijk; de toekomst laat zich niet inkijken. Glazen bollen zijn nog net zo betrouwbaar als vroeger. Maar het is mijn manier er proberen grip op te houden, het leven overzichtelijk in te delen. Zelf te bepalen waar ik ga en sta. Hoe leuk mijn werk ook is, ik werk om te leven. Ik leef niet om te werken. Velen zeggen het, ik probeer de daad bij het woord te voegen (zonder dat ik overigens Dromen, Durven, Doen van Ben Tiggelaar heb gelezen :-).

Conclusie

Ik heb er de afgelopen drie maanden over nagedacht. Mentaal is de kogel nu in ieder geval door de kerk. En nu ik weet dat ik nieuwe rustperiode heb ingelast, weet ik ook zeker dat ik tot die tijd mij 100% kan inzetten voor mijn huidige uitgever (Van Duuren Media) en tijdens mijn trainingen.

Zo voorkom ik dat ik verzuur en zuchtend vaststel ‘dat ik nog twintig jaar moet’. Tot mijn pensioen. Vanaf april 2016 zit ik immers met mijn beentjes op de bank. Agenda in de hoek. Vrij in mijn tijd en vrij in mijn hoofd.

Daar profiteert iedereen van. Mijn cursisten en zakelijke relaties, mijn gezin, en ikzelf niet in het minst.

Natuurlijk zijn er nog wel wat praktische haken en ogen. Daarover gaat deel 2 van dit artikel.

Peter Kassenaar
-- 4 september 2014

21oktober

Naar Anglebrackets in Las Vegas

Als ZZP’er moet je jezelf continu blijven (bij)scholen. In april 2010 ging ik naar Las Vegas voor de ASP.NET and Silverlight Conference and Expo, met de feestelijke lancering van Visual Studio 2010 en Silverlight 4. En daaromheen tientallen uiterst nuttige sessies van de bekendste sprekers en developers op .NET gebied. Ik heb er erg veel aan gehad. We weten weliswaar allemaal hoe het is afgelopen met Silverlight (namelijk: zo goed als dood), maar Visual Studio is levendiger dan ooit, en juist vorige week is Visual Studio 2013 gelanceerd.

(als je het leuk vind: ik heb destijds een blog bijgehouden met artikelen en filmpjes over randzaken als De Strip in Las Vegas, de woestijn, het Hollywood Sign en nog meer: http://www.kassenaar.nl/vegas/?page_id=25)

Homepage Anglebrackets

Fast forward 3,5 jaar. Eind deze week reis ik opnieuw naar Las Vegas, ditmaal voor de conferentie <anglebrackets />. Uit de online beschrijving:

/* anglebrackets is a conference for lovers of the web. We believe that the web is best when it's open and collaborative. We believe in the power of JavaScript and expressiveness of CSS the lightness of HTML. */

En dat is precies waarvoor ik er naar toe ga. Ik denk dat er geen conferentie ter wereld is die meer gericht is op de openheid van het web, open standaarden en hoe deze het beste toe te passen zijn, dan Anglebrackets. Alles ademt open source.

Hoewel veel sprekers uit de Microsoft-stal afkomstig zijn, zijn er ook workshops van Douglas Crockford (JavaScript-goeroe), Denise R. Jacobs, John Papa, Shawn Wildermuth, Elijah Manor en andere onafhankelijke webspecialisten. Ik kijk in het bijzonder uit naar de full day-workshop over SPA met AngularJS van John Papa en Ward Bell (ontwikkelaar van Breeze.js).

Meer informatie over anglebrackets vind je – behalve op de conferentiewebsite zelf – bijvoorbeeld op

En ik zal regelmatig mijn Twitterfeed bijwerken, op https://twitter.com/PeterKassenaar.

Ik heb er zin in!

Peter Kassenaar
-- 21 oktober 2013

13september

Observaties op een ROC

ROC de LeijgraafAls je mijn twitterfeed de afgelopen tijd in de gaten hebt gehouden, dan heb je gezien dat ik deze week als invaldocent (vervanging wegens ziekte) aan de slag ben geweest op ROC De Leijgraaf.

Op locaties in Oss, Cuijk en Veghel gaf ik eerstejaars leerlingen van de opleiding Applicatieontwikkelaar les in (web)design. We hebben het deze eerste keer gehad over het belang van een herkenbare website, hoe onderscheid je goede en minder goede navigatiekeuzes in een design en het belang van de zoekfunctie op een site. De leerlingen kregen een opdracht om diverse designs met elkaar te vergelijken en hierover hun mening te formuleren. Ik ben van huis uit natuurlijk techneut en geen designer of vormgever, maar kan desondanks deze leerlingen nog voldoende bijbrengen.

Onderstaand een opsomming van enkele willekeurige observaties; dingen die mij opvielen voor, tijdens en na de lessen. Ik heb hier geen waardeoordeel aan verbonden, het is een puur weergave van de realiteit.

Leerlingen

  • De opleiding ICT-applicatieontwikkelaar is een jongensaangelegenheid. Ik had (verspreid over drie groepen) 71 leerlingen, waarvan 1 meisje. Niet iedereen was aanwezig. De afwezigen waren ook allemaal jongens. Leeftijd: ca. 16 – 19 jaar.
  • De spanningsboog is kort. Je kunt ongeveer vier tot zes minuten iets uitleggen. Daarna verslapt hoe dan ook de aandacht.
  • Ze zijn (nog?) niet gewend aan interactiviteit tijdens lesgeven. Ik probeerde wat feedback en discussie te krijgen op stellingen en vragen die ik aan ze stelde. Respons: nul. “Jij bent toch de leraar? Vertel het ons maar.”

Hardware

  • Iedereen heeft zijn eigen laptop. Die staat continu open. Aan het begin van de les en tijdens theoriestukjes vroeg ik hen de deksel dicht te klappen en op te letten. De meesten keken alsof ze het in Keulen hoorden donderen (uiteraard deden ze het wel; dat is nu eenmaal mijn natuurlijke gave als docent, haha).
  • Best vertegenwoordigde merken: HP, Lenovo en Acer. Opvallend weinig gezien: Dell.
  • Aantal Apple MacBook: nul (0).

Software

  • Windows 8. Een enkele laptop draaide Windows 7.
  • Metro-omgeving: 0%. Bureaubladomgeving: 100%.
  • Verder geïnstalleerd: Office 2010/2013 en software die de studenten zelf hadden geplaatst. Dat was in het algemeen niet veel. Skype, enkele games, sommigen hadden specifieke design- of programmeersoftware. De meeste dingen doen ze online, via hun browser. De browser is hun venster naar de wereld.
  • Meest gebruikte browser: Google Chrome. Naar mijn indruk zeker 80-90%. Een enkele keer zag ik Firefox voorbij komen. Internet Explorer hooguit 1 of 2 keer.

Mijn ideeën hierbij:

Het viel me op dat niemand een Apple notebook gebruikte. Ik vroeg of dit door de school werd afgeraden, of dat specifieke Windows-modellen waren voorgeschreven. “Nee hoor”, was het antwoord. “Maar die dingen zijn gewoon veel te duur. Ik kan geen vijftienhonderd euro betalen voor een laptop. En met een Windows-laptop van vijfhonderd euro kan ik ook alles doen.”

Toevallig gaf ik ook les op de dag na de introductie van de iPhone 5S en de iPhone 5C. Met name die laatste variant werd met hoongelach ontvangen. ‘Een goedkope iPhone?  Die gaat nog 550 euro kosten! Dat doet toch geen mens.” Waarvan akte.

Adobe

Wat mij ook opviel, was de vrijwel volledige afwezigheid van Adobe-software. Op een enkele laptop was Photoshop aanwezig, maar dat was ofwel een oude versie (CS3), ofwel een illegale kopie. Ook dat heeft alles met kosten te maken. De leerlingen kunnen het niet (meer) betalen. Het dit jaar door Adobe geïntroduceerde abonnementssysteem van Creative Cloud is veel te duur voor deze leerlingen. Natuurlijk krijg je bij een abonnement de volledige Adobe suite met alle tools die je je kunt wensen, maar 60 euro per maand (geen keuzes, geen uitzonderingen voor studenten) kunnen ze gewoon niet opbrengen.

De versie Creative Cloud Student & Teacher edition (19,99 euro/maand) is TOTAAL onbekend.

Mijns inziens graaft Adobe hiermee zijn eigen graf. Er wordt nu een generatie studenten opgeleid die volstrekt onbekend zijn met software van Adobe. En als die straks over een jaar of drie, vier op de markt komen en het bedrijfsleven ingaan, gaan die heus niet ineens wel Photoshop kopen. Want daar kunnen ze toch niet mee werken. Dat hebben ze niet geleerd. Dus zullen ze hun werk uitvoeren met alternatieven. Hetzij goedkope varianten, hetzij via open source varianten.

UPDATE: 3 oktober 2013 – per vandaag is Adobe Creative Cloud ook in een Slim-licentie verkrijgbaar voor EUR 11,- per maand. Zie http://slim.nl/shop/Software/Grafisch/Adobe.aspx voor meer informatie. Een goede zet wat mij betreft.

Conclusie

Het was vermoeiend, maar leuk om te doen. Elke les moet ik afzonderlijk voorbereiden, want ik heb uiteraard geen kant-en-klaar MBO-lesmateriaal met vragen en oefeningen op de plank liggen. Laat staan Design-lesmateriaal.

En ondanks dat ik als docent continue, vier uur lang (de lesblokken duren 2 x 2 uur) de directe concurrentie moet aangaan met YouTube, Soundcloud, online shooters en headphones als ik ook maar vijf seconden mijn mond dichthoud, of me even omdraai naar het digibord, zal ik volgende week weer glimlachend in de auto stappen. Uiteraard hoop ik dat hun reguliere docent weer snel op de been is, maar tot die tijd is het een leuke ervaring en aanvulling op de rest van mijn trainingen.

Peter Kassenaar
-- 13 september 2013.