16juni

W3C, opschieten! - column

Binnenkort verschijnt mijn nieuwe boek 'Handboek (X)HTML, CSS en JavaScript'. Dit boek is geschikt voor iedereen die zelf webpagina's wil maken, maar hierbij niet afhankelijk wil zijn van een visuele editor zoals Adobe Dreamweaver of Microsoft Expression Web. In het boek worden de drie standaarden waarop elke webpagina is gebaseerd van de grond af, op geïntegreerde wijze besproken.

Speciaal voor deze uitgave heb ik voor computerboek.nl een aantal columns geschreven die losjes over HTML, CSS en JavaScript gaan. Ze zijn ook verschenen op de site van computerboek.nl

De verwachte verschijningsdatum van het boek is 26-06-2009 en de verwachte prijs is EUR 29,90 (480 pagina's). Zodra het boek beschikbaar is zal ik dat op deze site aankondigen en kun je de oefenbestanden downloaden. Maar eerst even opwarmen met de columns…

 

"Wie al wat langer meeloopt in de webdesignwereld kan zich de eerste 'browser war' uit de jaren 1996-2000 nog wel herinneren. De browsers Netscape Navigator en Microsoft Internet Explorer vochten een bittere strijd uit om de gunst van de eindgebruiker. Ze deden dit onder meer door in elke nieuwe versie van hun browser nieuwe mogelijkheden en nieuwe HTML-tags te introduceren en te proberen deze tot standaard te verheffen. Kent iemand nog tags als <marquee>, <blink>, <layer>, <spacer> en <multicol>?. Hetzelfde gebeurde op het gebied van CSS-ondersteuning en JavaScript-versies. Tot op de dag van vandaag gebruikt Microsoft een (iets) andere manier van JavaScript-verwerking die ze hardnekkig JScript blijven noemen.

Omdat webdesigners deze tags en technieken naar eigen goeddunken gebruikten, leidde dit er toe dat er talloze sites waren die er goed uitzagen in Internet Explorer, maar in Netscape Navigator onleesbaar waren, of andersom. Iedereen kent nog wel knoppen en teksten als 'Deze site is geoptimaliseerd voor [vul een browsernaam in]'.

De aanwezigheid van zoveel 'standaarden' is voor iedereen vervelend. Voor thuisgebruikers, omdat de site die ze bezoeken mogelijk niet goed wordt weergeven in de browser die zij gebruiken. Maar ook voor ontwerpers, omdat zij bij het ontwerp van hun site rekening moeten houden met allerlei verschillende browserversies en zogenaamde standaarden.

Het World Wide Web Consortium (W3C), onder leiding van webuitvinder Tim Berners-Lee zag deze ontwikkelingen op het browserfront met lede ogen aan. W3C tracht de ontwikkelingen op webgebied in goede banen te leiden door richtlijnen en standaarden te publiceren waar - als het goed is - elke browserfabrikant zich aan houdt. Om de browser war in goede banen te leiden werden de standaarden HTML 3.2 en HTML 4.01 (1997-1999) en CSS level 1 en level 2 (1996-1998) opgesteld.

En toen gebeurde er een hele tijd niets.

De browser war werd overtuigend gewonnen door Internet Explorer. Niet in de laatste plaats omdat Microsoft het onmiskenbare voordeel had dat ze de browser met elke computer met Windows konden meeleveren maar ook omdat - eerlijk is eerlijk - technisch gezien Internet Explorer in die jaren een veel beter product was dan het topzware en onstabiele Netscape Navigator. Voor gebruikers en webdesigners is het leven nu een stuk aangenamer, omdat de standaarden bekend zijn en alle browsers zich hier binnen redelijke grenzen goed aan houden.

Maar het web veranderd voortdurend. De strijd tussen browsers is nieuw leven ingeblazen door de lancering van Mozilla Firefox. Deze browser knabbelt voortdurend procentjes af van het marktaandeel van Internet Explorer. Van een comfortabele 90% zakt het aandeel Microsoft-browsers nu naar waarden tussen de 60% en 70%. In het kielzog van Firefox zagen ook andere grote partijen weer brood in het lanceren van een eigen browser. Apple ontwikkelde Safari, Google kwam een half jaartje geleden met Google Chrome op de proppen.

En wat doet W3C? Het is al jaren angstig stil uit deze hoek. Jazeker, er zijn tal van aanbevelingsrapportages, werkgroepen en activiteitencommissies en die zich buigen over vraagstukken over hoe de nieuwe ontwikkelingen als AJAX, Flash, Silverlight en meer nu gestandaardiseerd kunnen worden. Al bijna tien jaar wordt gewerkt aan de opvolger van HTML 4.01. Toch wordt HTML 5 - volgens de meest gunstige schatting - pas in de jaren 2010-2012 verwacht, terwijl een uitloop naar 2015 of nog later niet ondenkbaar is.

Browserfabrikanten wachten hier natuurlijk niet op en proberen elkaar nu al telkens de loef af te steken met nog snellere scores op JavaScript-taken, betere ondersteuning van de ACID-compatibiliteitstest en het steeds sneller laden van pagina's. Het verst hierin gaat Apple, dat begin juni bij het uitbrengen van Safari 4 voor Windows en Macintosh op hun conferentie voor programmeurs in San Fransisco (WWDC) aankondigde dat Safari 'de beste ondersteuning biedt voor nieuwe elementen uit de HTML 5-standaard'. Een standaard die op zijn vroegst pas over een aantal jaar bekend wordt!

W3C zou er goed aan doen haast te maken met het standaardiseringproces en snel duidelijkheid te scheppen over de nieuwe elementen in HTML 5 en de wijze waarop deze door webdesigners en browserfabrikanten verwerkt moeten worden. Anders staan we aan de vooravond van een nieuwe golf websites die is 'geoptimaliseerd voor [vul browsernaam in]'. Hier is niemand mee gediend."

 

Peter Kassenaar
-- 16 juni 2009

Reacties

17-06-2009 02:20 #

Wat bedoel je met "Een standaard die op zijn vroegst pas over een aantal jaar bekend wordt!". Aan HTML 5 wordt al sinds 2004 door onder andere Apple, Opera, Mozilla en Google binnen het WHATWG gezamenlijk gewerkt. In 2006 is hier ook Microsoft een soort van aan toegevoegd, toen de HTML WG binnen het W3C heropend werd.

Zie wiki.whatwg.org/.../FAQ voor meer duidelijkheid over wanneer HTML 5 "af" is. Een hele hoop kun je _nu_ al gebruiken.

(En een kleine typo: het web verandert voortdurend)

Krijn Hoetmer Netherlands

17-06-2009 02:55 #

Hoi Krijn,
bedankt voor je reactie.

Hetgeen jij noemt is nu juist het hele punt van deze column!

"Er wordt al sinds 2004 gewerkt aan HTML 5". Het is inmiddels ruim 2009 en we zijn nog ver weg van accordering van de standaard - ondanks alle goede bedoelingen van iedereen. Daar twijfel ik niet aan. Het duurt maar en duurt maar.

En door deze voortdurende onzekerheid zie ik hetzelfde mechanisme in werking treden als 10-12 jaar geleden. Iedereen doet maar wat (gechargeerd gesteld) en probeert eigen implementaties in de markt te drukken. En als straks de echte standaarden en compliant browsers worden gelanceerd, kun je weer aan het repareren slaan...

"Een hele hoop kun je nu al gebruiken". En  een hele hoop dus niet. En dus krijg je als internetter weer sites "geoptimaliseerd voor XXX" voor je kiezen.

Ik had gehoopt dat dit voor eens en voor altijd tot het verleden zou behoren...

Ter verdere info voor de lezers - op deze pagina wordt bijgehouden welke browsers welke features ondersteunen: wiki.whatwg.org/.../Implementations_in_Web_browsers

Peter

17-06-2009 05:36 #

Huh? Dan moeten browser vendors toch opschieten met de implementatie van features van de nieuwe spec? Wat kan het W3C hieraan doen, behalve de specificatie kleiner maken of opsplitsen, wat al redelijk vaak wordt gedaan?

Wat betreft accordering van de standaard, wat dat ook mag zijn; waarschijnlijk dit jaar nog gaat de specificatie naar Last Call.

HTML 5 kan trouwens pas een standaard, of recommendation, genoemd worden, als er twee volledige onafhankelijke implementaties zijn. Dit gaat vanzelfsprekend nog jaren duren; 2022 is de schatting van Ian Hickson, de editor. Je kunt hier natuurlijk op wachten en dan pas HTML 5 gaan gebruiken, maar je kunt ook, net als we tegenwoordig bijna allemaal met CSS 2.1 en CSS 3 doen, de "stabiele" onderdelen gebruiken. Voorbeelden zijn de nieuwe doctype (<!doctype html>), <meta charset="utf-8">, het weglaten van het type attribuut op <style> en <script>, block level anchors, de nieuwe type attributen voor <input>, etc. Ik snap niet zo goed hoe dit "sites geoptimaliseerd voor xyz" oplevert. Ik denk dat iedere professionele web developer tegenwoordig wel weet dat dit model voor geen meter werkt. Publieke sites die dit doen, hebben geen bestaansrecht meer, volgens mij.

Krijn Hoetmer Netherlands

Reacties zijn gesloten