Ik geef training in frontend tools en stacks als HTML, JavaScript, TypeScript, React, Angular en Vue. Ik schrijf boeken en artikelen over tal van (ICT-) onderwerpen. Ik was lead developer en directeur bij Yindo - Jouw digitale bibliotheek. Je kunt mij volgen op Twitter(@PeterKassenaar).

In dit blog vind je persoonlijke artikelen, die niet noodzakelijk tech-gerelateerd zijn.

Views and expressions are my own.

Terug naar de algemene site.

30mei

Book review “Rien ne va plus”

rien-ne-va-plus

Dat het in de Nederlandse casino’s geen gedistingeerd gezelschap is van heren in smoking en dames in avondtoilet, waarbij onder zacht getinkel van champagneglazen het balletje zijn rondjes draait in de Franse roulette was al wel bekend.

Maar dat de casinobezoeker – assertief en gestoken in luidruchtige vrijetijdskleding – letterlijk over lijken gaat om zo snel mogelijk het vrijgekomen plekje in te pikken van een onwel geworden, van zijn stoel gegleden en inmiddels overleden gast , komt toch wel als een verrassing.

Marco Rosman

Ruim twintig jaar (1989-2009) was Marco Rosman medewerker van Holland Casino en in die jaren –waarin hij binnen de organisatie ontwikkelde van croupier tot zaalchef en later vestigingsmanager – zag hij heel wat incidenten voorbij komen. In Rien ne va plus worden ze in geuren en kleuren beschreven. Van kaartentellers tot witwassers, van het niet willen vrijgeven van een gokkast “omdat hij op het punt van uitkeren staat”, zelfs als drie kasten verderop duidelijk de vlammen uit het dak slaan, tot stelende zoons die waardechips van hun even verslaafde moeder achterover drukken als ze even naar het toilet is. En dus de diverse incidenten met overleden gasten, waarbij het spel gewoon doorgaat, terwijl het lijk “onder een laken nog ligt na te dampen, terwijl wordt gewacht op de medicus van dienst de dood moet vaststellen”.

Spiegel

Op die manier gezien houdt Rien ne va plus vooral de lezer zelf een spiegel voor. En zien we een ontluisterend beeld van de hebzucht die zichtbaar wordt als het kleine laagje beschaving aan de oppervlakte wordt weggekrabd. Alsmede de agressie die optreedt als een gast opeens niet de jackpot gewonnen blijkt te hebben omdat zijn vrouw uit zuinigheid maar op vier winstlijnen gespeeld blijkt te hebben in plaats van de verplichte vijf die nodig zijn om het volledige bedrag uit te keren. Het is niet best gesteld met de moraal van de Nederlander die geld ruikt.

 

Marco Rosman interview bij De Wereld Draa

Rosman beschrijft de verschillende fasen van zijn leven als werknemer van Holland Casino. Enthousiast in het begin, als hij de fysieke en mentale technieken van het vak van croupier onder de knie moet krijgen. Kritisch in het midden, als de organisatie signalen niet oppikt of niks doet met suggesties het bedrijf te verbeteren of beter te laten aansluiten bij de concurrentie (rookverbod, online gokken). En verbitterd aan het einde, als Holland Casino uiteindelijk maar een gewoon bedrijf blijkt, waar na jaren van verlieslijdende exploitatie gereorganiseerd moet worden. Waarbij het management – zoals in alle bedrijven met enkele duizenden werknemers – vooral zichzelf blijkt te ontzien en de medewerkers op de bedrijfsvloer de klappen mogen opvangen. Dan is Rosman overduidelijk kwaad en worden man en paard genoemd.

Onoirbare praktijken?

Toch blijft het raadselachtig waarom - zoals Rosman niet nalaat te benadrukken - Holland Casino tot in de rechtbank toe heeft getracht het boek te verbieden, of in ieder geval op voorhand inzage wilde hebben in de drukproeven. Rechtszaken die het bedrijf overigens allemaal verloren heeft.

Zou het zijn omdat Holland Casino wel erg laks blijkt om te springen met de door de overheid opgelegde verplichting bezoekers te monitoren op gokverslaving? Of om de mogelijkheden tot witwassen van geld via de goktafels – die er ongetwijfeld nog steeds zijn – amper afdoende bestreden kunnen worden? Dat wordt niet echt duidelijk.

Op de cover van het boek wordt triomfantelijk geschreeuwd over “onoirbare praktijken binnen rien-ne-va-plus-backstaatsbedrijf Holland Casino”, maar dat blijkt feitelijk nergens uit. Holland Casino overtreed geenszins de wet. Dat ruimhartig gokkende klanten (de whales) in de watten worden gelegd en dat hierin soms ongelukkige keuzes worden gemaakt, is evident.

Neem de medewerker van een Aziatische autofabrikant die op persoonlijke titel miljoenen euro’s van zijn werkgever blijkt te vergokken, een daad waarvoor Holland Casino later een schikking heeft moeten treffen. Onhandig. Overduidelijk. Maar “onoirbaar”? Eveneens hilarisch zijn de beschrijvingen van Oosterse gasten die rond de eeuwwisseling plastic Albert Heijntassen volgestouwd met guldenbiljetten kwamen omwisselen voor kakelverse euro’s (“Malco vliend. Molgen dlie zakken ja?”). Illegaal? Onwettig? Tja.

Wat eerder duidelijk wordt, is dat het bedrijf zich in feite in een spagaat bevindt. Enerzijds moet zoveel mogelijk omzet en winst worden gemaakt voor de enige aandeelhouder (de Nederlandse staat), anderzijds moeten gasten van diezelfde wetgever tegen zichzelf in bescherming worden genomen door ze entreeverboden op te leggen, moet de antirook-wetgeving worden uitgevoerd, moet witwassen worden tegengegaan en meer.

Anekdotisch bewijs

Marco Rosman heeft een aardig boek geschreven met veel insiderinformatie en voornamelijk anekdotisch bewijs – want tegenover elk incident dat door Rosman in geuren en kleuren wordt beschreven staan natuurlijk honderden, duizenden, onopvallende gastbezoeken die de moeite van het beschrijven niet waard zijn. En Holland Casino wijkt qua bedrijfsvoering en afstand tussen het management en de werkvloer – likken naar boven, schoppen naar beneden – op werkelijk elk ander bedrijf dat ik ben tegengekomen.

Daarnaast staan er een aantal storende fouten in. Zo wordt Edward O. Thorp (de Amerikaanse professor die in de jaren zestig van de vorige eeuw als eerste wiskundig aantoonde dat blackjack met de juiste strategie altijd procentueel in het voordeel van de speler kan worden beslist) consequent aangeduid als Thorpe (zoals de Australische zwemmer) en wordt gesproken van de Automatische Kaarten Schudder (AKS), terwijl tegenwoordig – en bij mijn weten ook al ten tijde van publicatie van het boek – in Holland Casino gebruik wordt gemaakt van een Continuous Shuffling Machine (CSM), hetgeen toch echt een ander apparaat is. Rosman zal het ongetwijfeld bij het rechte eind hebben gehad toen dit apparaat rond 1990 werd geïntroduceerd – en hij het management terecht waarschuwde dat dit kaartentellers juist zou aantrekken, in plaats van afstoten – maar een update met de huidige stand van zaken zou mooi zijn geweest.

Conclusie

Taalkundig is het geen hoogstandje. Veel retorische vragen, uitroeptekens, rammelende dialogen en zinnen. Het is wel duidelijk waarom Marco Rosman een gesjeesde student journalistiek is, zoals hij in de eerste hoofdstukken beschrijft. Van zijn ambitie om verder te gaan in het schrijversvak lijkt nog niet veel terecht te zijn gekomen. Meer uitgaven dan deze titel uit 2011 kon ik van hem niet vinden.

Desalniettemin is het een aangenaam boek om in een avondje weg te lezen als je geïnteresseerd bent in de voormalige(?) gang van zaken en het reilen en zeilen bij “de enige legale aanbieder van casinospelen in Nederland”. Aanbevolen, derhalve. Mits je een relativerende bril opzet.

Peter Kassenaar
-- 30 mei 2015.